Oorlogskroniek der stad Aalst 1914-1918

Moderators: Alostum, david, janlouies

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

24 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 13:59

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:17 am
Alostum schreef:A. Van der Heyden:
AUGUSTUS 24 (MAANDAG)
Een dag die jarenlang in het geheugen zal blijven ! Hij staat nog steeds op deze datum (1914) bij onze zeer oude mensen bekend als de "Vliegende Maandag". Wat is er alsdan op die fameuze dag voorgevallen ? 's Morgens was het nochtans in de stad volkomen rustig geweest... . De kinderen speelden gewoon op straat en de andere mensen zaten gemoedelijk op hun stoep te keuvelen. Twee uur, ik ben met enkele kameraden in het midden van de straat aan het spelen met een kaatsbal... .
Plots zie ik uit de richting van het Kerksplein en de Kliniek enkele mannen komen afgelopen. Sommige dragen hun houten blokken in de handen of houden ze aan de voeten, anderen zijn blootvoets, anderen hebben sletsen aan de voeten of zware werkschoenen. Ze stormen ons voorbij in de richting van de stad, hijgend en zwetend. Wij zijn stomverbaasd en begrijpen niets van dit gedoe, tot er een gebuur een der "lopers" staande houdt en vraagt : "Zeg vriend waarom zijt ge op de loop ?" Het antwoord komt prompt : "De Duitsers pakken al het mansvolk". Daarmee loopt de vent verder, maar keert zich nog eens even om roepende : "ik kom van Moorsel en daar pakken ze alle mannen !" Op één, twee, drie is gans de Moorselbaan in paniek. Alle stoeltjes en bankjes worden haastig binnengehaald en de deuren worden gesloten. Een paar verbruikers in onze herberg drinken haastig hun pint of borrel uit en keren vlug huiswaarts. Meer en meer "lopers" komen door de straat gestormd; 't is precies de vlucht naar Egypte, zei mijn vader die koppig in het deurgat bleef staan om de "koers" gade te slaan. Nu ziet men ook reeds mannen van de Moorselbaan en van de Langestraat afkomen. Dus veel bekende gezichten. Maar geen van allen heeft van verre of bij ne pinhelm gezien... . En toch gaat het vluchten in dichte drommen verder en beginnen enkele van onze naaste geburen ook mee te lopen. '
Eensklaps houdt de grote vloed vluchters op, en slechts nog enkele achterblijvers strompelen met moeite en doodmoe voorbij. Waar blijven de Duitsers ? Er komt een bange stilte over de straat. Geen levende ziel te zien. We wachten op de Duitsers die zeker reeds tot aan de jongensschool op de Moorselbaan moeten zijn genaderd. Iedereen heeft zich in zijn huis teruggetrokken, de deur op slot gedaan en deze die bladluiken (blafeturen op z'n Aalsters) hebben, toegedaan. Daarna gaat iemand naar boven om vanachter de gordijnen gade te slaan, wat er in de straat gaat gebeuren, want men verwacht dat binnen enkele minuten de gevreesde uhlanen gaan opduiken met in hun midden jongelingen en gehuwde mannen, die ze met hun lange lansen brutaal zullen opjagen en bij de minste poging om te ontvluchten zullen neerschieten.
Mijn oudste zuster, weinig vervaard, heeft vanachter het even weggeschoven gordijn, de hoek der Bergenmeersenstraat scherp in het oog, want daar zullen de Duitsers eerst gaan verschijnen; maar na 'n uur lang afwachten is nog geen enkele pinhelm of gevangen genomen burger verschenen - nog een tweede uur verstrijkt zonder dat er iets te zien is. Dus worden hier en daar reeds deuren ontsloten en vertonen zich enkele gezichten in de deuropeningen. Enkele minuten nadien zijn er reeds enkele mensen die zich wagen om op straat te komen. Het is overal zeer rustig en velen beginnen te beseffen dat het een loos alarm is geweest... .
Algemene verademing ... . Een uur nadien beginnen de vluchters terug te komen en keren langs dezelfde weg terug huiswaarts. Sommigen zien er wel een beetje beschaamd uit. En onze Kamiel durft het zelfs aan, z'n oude soldatenclairon te halen en enige schetterende tonen de straat in te zenden, om de terugkerenden te begroeten. Op den duur werd er zelfs nog duchtig gelachen door dezen die niet waren gaan vluchten, maar zich eenvoudig thuis hadden verstopt.
De oorzaak van deze wilde vlucht is moeilijk te achterhalen. Psycho-analysten zouden er in deze tijd misschien wel een verklaring kunnen voor geven. Volgens ons is deze paniekstemming voorzeker bij enkele personen spontaan ontstaan, 'n stemming die overgeslagen is tot een kuddegeest, die iedereen aangreep. Het einde van deze zaak eindigde dan ook op een schaterlach en sommige "lopers" werden dan ook duchtig bespot.
Gedurende vijf dagen was er niet veel meldenswaardig te melden. De mensen wachtten af, de Duitsers waren (meende men) veraf, de bevoorrading verliep ordelijk. De aangekomen gekwetsten werden liefderijk verzorgd in het hospitaal en zo mogelijk meer landinwaarts getransporteerd.


In de Volksstem van 23 en 24 augustus 1914 onder "Laatste Berichten" Frankrijk zou de oorlog verklaart hebben aan Holland !
Afbeelding


Voor een stadskaart van Aalst (anno 1920) zie
http://users.skynet.be/meertgenealogy/a ... 0aalst.pdf


wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

26 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:00

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:19 am
Alostum schreef:26 augustus 1914: nog twee Aalstenaars sneuvelden

René De Wolf († Elewijt 26-08-1914)
en

Henri Stordeur
(† Elewijt 26-08-1914)

De Volksstem van 26 augustus 1914
Afbeelding

en Petrus Van Nuffel schrijft: De 26 Augusti, altijd slecht nieuws over den oorlog: de toeloop der nieuwsgierigen te Antwerpen belet het leger op den vijand te schieten. Mechelen is bezet. Vilvoorde werd ingenomen.

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

27 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:00

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:20 am
Alostum schreef:Petrus Van Nuffel:
Den 27 Oogst kwam de tijding toe van de dood van Prins Adalbert van Pruisen (1), gevallen onder de Fransche kogels, in een gevecht te Charleroi; deze stad werd geplunderd en verbrand. Namen onderging een gelijkaardig lot. Er wordt verzekerd dat er boeren hun aardappelen, te Brussel aan de Duitschers verkoopen ten prijze van 12 frank, terwijl de prijs slechts ongeveer 7 frank is. Deze donderdagnacht, onder een aanhoudenden sijpelenden regen, kwamen hier vijf bataljons van het 3e Linieregiment toe; zij vertoefden echter niet lang en voorkwamen deswege op ons grondgebied eene ernstige aanraking met den vijand. Inderdaad: deze nestelde in den omtrek, niet heel ver van hier."

(1) uit de "Volksstem" van 27-8-1914
Afbeelding

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

28 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:01

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:21 am
Alostum schreef:Uit de Volksstem van 28 augustus 1914, giften van Aalstenaars voor de "noodlijdende werklieden"

Afbeelding

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

29 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:01

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:23 am
Alostum schreef:A. Van der Heyden:AUGUSTUS 29
Enkele verkenners van de Duitsers en van de Belgen staan plotseling rond de middag oog in oog op de Houtmarkt (1). Het kon niet anders of het verstoppertje spelen van de voorhoeden moest eens fataal eindigen. Duitsers en Belgen begonnen dan ook 'n vuurgevecht in regel, maar lang duurde dit niet : de Duitsers trokken zich terug naar de Zeebergbrug en de Belgen kwamen naar de markt. Op de Houtmarkt bleef de schade beperkt bij enkele stukgeslagen vensters en kleine beschadigingen in de gevels door de afgeschoten kogels.


Petrus Van Nuffel:
Den 29 Augusti hoorde men te Baardegem de kanonnen dommelen, en het volk, hetwelk zich op den wekelijkschen marktdag bevond, vernam het volgende: jongens van Nieuwerkerken, die bij Namen vochten, hadden een Duitschen generaal gevangen, maar, strijdend, verzwond hun escadron tot eenige mannen en een officier, en waren ze verplicht hunne gevangenen los te laten en zelf te vluchten. Eene boerin van Opwijck, die aan haar zoon, in den omtrek van Antwerpen, kleederen had gedragen, verklaarde, op het slagveld, bij Mechelen, den kleinen camion van M. L. Gheeraerdts (2) gezien te hebben, hetzelfde voertuig dat reeds te Luik opgemerkt was; deze vrouw kondigde ons het bezoek der Uhlanen aan, die zij te Baardegem in 't gemoet gekomen was. Metterdaad, denzelfden dag verscheen deze patroelje in Mijlbeek, aan het buitengoed van den heer Schepen Felix De Hert (3). Dit nieuws verspreidde zich als een loopend vuurtje en eene menigte, die op vijfhonderd personen mocht geschat worden, snelde ter plaats, om aldaar naar een dertiental Uhlanen te blijven staan gapen. Nu gebeurde iets, aan hetwelk zich niemand had verwacht: plotseling kwam daar een patroelje van een Belgisch linieregiment; de vrouwen zelf gaven, door uitbundig en dwaas getier, voor de Uhlanen het alarm die er te viervoet van door ijlden .... Zonder de onvoorzichtige handelwijze van die vertoekte heksen waren de Duitschers ongetwijfeld in de handen der Belgen gevallen. Meer betreurenswaardige feiten van dergelijken aard had men in 't vervolg, spijtig genoeg, aan te stippen.
De heer Otto Gheeraerdts (4), die zich naar Antwerpen begeven had, deelde mede dat hij tusschen deze stad en Dendermonde veel Belgische soldaten zag en groote versterkingswerken in den omtrek dezer laatste stad. Dendermonde ging beschoten worden.


(1) Houtmarkt (ca.1950)
Afbeelding

(2) Briefhoofd van het Aalsterse bedrijf "Huilerie et Meuneries Usines Hydrauliques et à vapeur. M.L.Gheeraerdts" Olie- en graanmolens, Denderoever.
Afbeelding

Michel Leon Gheeraerdts ( Aalst 10-4-1837, † Aalst 4-2-1922), Hij studeerde aan de KU-Leuven en behaalde er het doctoraat rechten. Hij werd gemeenteraadslid (1884-1887) en schepen (1888-1895). In 1896 werd hij burgemeester benoemd in vervanging van Victor van Wambeke. In 1908 werd hij plaatsvervangend senator (Aalst/Oudenaarde). Als politicus behoorde hij tot de conservatieve strekking, en was sterk anti-daensistisch.
Onder zijn bestuur nam de stad een ongewone uitbreiding die van groot belang was voor de stimulering van de economische activiteiten en de daar aan verbonden verbetering van het wegen- en spoorwegnet.
Leo was rechter bij de Rechtbank van koophandel, majoor-bevelhebber van het 1ste bataljon van de Burgerwacht, en bestuurslid van de stedelijke Kunstacademie. Hij was voorzitter (1897-1914) en jubilerend lid (meer dan 50 jaar) van "Al Groeiend Bloeiend", lid van de Katholieke Burgerskring "De Vriendschap", erevoorzitter van het Davidsfonds afd.Aalst. Beschermendlid van het A.N.V. (1905).
Hij was auteur van een verhaal over een Aalstenaar Albert Boone (Aalst 1869), deelnemer aan de expeditie van Van Kerckhove in Kongo. Hij was stuwende kracht achter de oprichting van het Oudheidkundig museum.
Zijn geschilderd portret in het stadhuis is een kunstwerk van Ernest van den Panhuysen.

(3) Felix De Hert (° Aalst 09-08-1860, † Aalst 04-02-1925), dokter in de rechten. Hij werd gemeenteraadslid op 07-01-1891 en schepen van Onderwijs en Schone Kunsten op 08-01-1900. Hij werd tot burgemeester aangesteld op 21-07-1919 en bleef het tot aan zijn dood.
Hij was tevens Provincieraadslid en stafhouder van de advocatenorde bij de Rechtbank van Dendermonde.
De Hert was voorzitter van de Katholieke Vereniging der Stad Aalst, erevoorzitter van de Koninklijke Harmonie "Al Groeiend Bloeiend" en voorzitter van de Kerkfabriek van St.Martinus. In 1907 schonk hij samen met zijn echtgenote Elisa een gekleurd glasraam aan de St.Martinuskerk (kapel van O.L.Vrouw).
Lid van het A.N.V.
In januari 1908 kocht hij een lot van het zg. "Hof ten Roosen" met herenhuis, een lusthof en bos en gebruikte deze eigendom als buitenverblijf. In de volksmond werd dit goed "het kasteel van d'Hert"of " den bos van d'Hert" genoemd.
In de zomer van 1916, zijn vrouw was pas overleden, werd Felix door de Duitse bezetter aangehouden, beticht van spionage, opgesloten in de gevangenis van Turnhout en na onderzoek dat zijn onschuld bewees, vrijgelaten op 02-01-1917.
Zijn portret in het stadhuis werd in 1920 geschilderd door Gustave vande Woestijne.
In 1927 veranderde de Ajuinstraat van naam, ze werd van dan af Felix de Hertstraat genoemd.

(4) Othon Gheeraerdts (° Aalst 25-07-1876, † Aalst 29-06-1950), nijveraar.
Lid van het hoofdbestuur van de Werfkapel,


wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

30 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:03

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:24 am
Alostum schreef:Petrus Van Nuffel:
Zondag 30 Augusti geen bijzonder plaatselijk nieuws. De aardappeldieften hernemen en de boerenwachten durven niet meer uit hunne schelp komen. In den voormiddag wordt, ter Groote Markt, de aandacht getrokken op twee deerlijk toetakelde kerels, die Duïtsch spreken en burgerskleederen dragen, hen door medelijdende lieden geschonken; het zijn twee gevluchte kurassiers, die zich komen gevangen geven. In de omstreken verbergen zich Uhlanen in groepjes van 14 tot 20 man. In een boschje bij Bouchout heeft men Duitsche wielrijders en te Herdersem ruiters gezien. 's Morgens ontwaarde men vliegers boven Dendermonde: er was geen twijfel, de Duitschers zouden deze stad bestoken, en er binnenkomen langs Lebbeke, Brusselschensteenweg, om naar Antwerpen op te rukken. Te Aalst dacht men eraan, de brug van den Zwarten Hoek (1) te doen springen, ten einde de verbintenis met Dendermonde te verbreken ; men sprak ook van de Burgerwacht terug in werkdadiger dienst te roepen : de heer kolonel De Vis had per telefoon een onderhoud met generaal Clooten, te Gent, die eene nieuwe brigade gendarmen zond, gelast met, aan de Vijf Huizen, den Gentschensteenwog te bewaken. Verscheidene Belgische autos rijden door onze stad. Onze ministers de Sadeleer, Goblet d'Alviella en Van der Velde reizen naar Amerika om er het Europeesch konflikt te regelen. Een bloedverwant van den heer notaris Breckpot brengt tijdingen uit Leuven: de vice-rektor der Universiteit zou gefusiljeerd zijn en de boekerij en de hallen gedeeltelijk afgebrand; talrijke damen dezer stad moesten de moord op den vicerektor en van andere gijzelaars bijwonen en werden daarna uitgekleed en het veld ingejaagd; veel huizen, na geplunderd te zijn, gingen in de vlammen op, en de kinderkens, die wilden buiten vluchten, werden door de brandstichters terug in het vuur gedreven. De E. H. Pastor van Muysen, werd, onder de Consecratie, van het altaar gerukt.

(1) Zwarte Hoekbrug rond 1900
Afbeelding

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

31 augustus 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:04

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:26 am
Alostum schreef:A.Van der Heyden laat maar eerst op 12 september terug iets horen over de toestand in Aalst.
Ondertussen lezen we in Petrus Van Nuffel's (1) werk verder:
Den Maandag 31 Augusti, op den middag, zag men in de Kerkstraat, een patroelje lansiers, ondanks de herhaalde waarschuwingen,door eene groote menigte omringd. Een Duitsch vliegtuig, hetwelk boven de stad zweefde, bewees nochtans genoegzaam dat het vandaag niet in den haak zat, en dat men zich aan een bezoek des vijands verwachten mocht. Bovendien was hij gezien in de spoorwegstations van Sinte-Agatha-Berchem en Sint Martens Bodeghem en in het telegraafbureel van Assche. Een sterke legermacht bezette Erembodegem. Deze horde, ongeveer 40,000 man sterk, die, tot een geweldigen strijd voorbereid, naar Dendermonde trok, daalde in onze stad, en werd na een kort oponthoud gebracht, langs de Vaart, de Graanmarkt, de Esplanade en de Vrijheidstraat, naar den Gentsehensteenweg. s'Avonds geschiedde in de Sint Martenskerk, die proppensvol was, het sluiten der plechtige Novene voor den Vrede, gevolgd door een indrukwekkende processie, waarna de Z. E. H. Pastor-Deken verklaarde: "Indien onze stad gespaard blijft van de gruwelen, welke andere steden als Hasselt, Diest, Tienen, Leuven en Mechelen te lijden hadden, zal er hier, tot eeuwigdurende dankbetuiging, een Tempel, toegewijd aan het H. Hart van Jezus, opgericht worden."
Ten 5 uur had het sermoen plaats van Monseigneur Janssens, Benediktijnerabt te Rome.
Wanneer de geloovigen de kerk verlieten, zagen zij Duitsche vliegtuigen boven de stad.
s'Avonds, ten 9 uur, vertoonde zich een groep Duitsche wielrijders. Een politieagent kwam den burgemeester verwittigen; deze ongesteld zijnde, deed zich door zijn zoon, M. Michel Gheeraerdts, als onderhandelaar, ten stadhuize, vervangen. Aldaar bevond zich M. Michel in de tegenwoordigheid van een Duitsch officier, die geen gebenedijd woord Fransch kon, en toch aan M.Moyersoen wilde doen verstaan, dat hij voor zending had, al de bruggen, de statie en de bijzonderste uitgangen der stad te bewaken. De zoon des burgemeesters en de adjunkt Gits moesten een onderluitenant en een twintigtal soldaten vergezellen naar de Pontstraatpoort; 80 soldaten werden met de bewaking van andere punten gelast, namelijk van het station, ten einde te beletten dat er nog treinen zouden vertrekken, en in het, Landhuis, waar zij een wacht inrichtten en schonken en zopen dat het een aard had... Onweerbare lieden omringden de Duitschers. M. Michel verzocht hen, zich te verwijderen en deed allen het gevaar begrijpen, aan hetwelk zij zich blootstelden. Er waren wel redenen toe, want de officier sprak maar altijd van Leuven.
- Alles wat daar gebeurde, zegde hij, was de schuld der burgers.
- Neen, loochenstrafte M. Michel, het, waren de Duitsehers, die elkander beschoten hebben. Nooit heeft een katholiek priester een enkel schot gelost.
De officier, die den onderhandelaar steeds voor den burgemeester nam, was een welopgevoed mensch, geboortig van Bremen; hij vernam met verwondering de diefte van de stadskas; nooit, zegde hij, werd mij zoo een zending opgedragen, enkel de bewaking van wegen, stations en telegraaf. Hij gaf aan zijn manschappen voor wachtwoord Antwerpen, en beval het geduld aan tegenover de nieuwsgierigen, maar de onverbiddelijkste beteugeling bij de minste vijandelijke beweging. Vervolgens zocht men onderkomen, hetgeen gemakkelijk ging, aangezien de groep hoogstens een honderdtal soldaten telde, en dat eenige zattekuls, in de straat, op den blooten grond, hun roes uitsliepen.
De nacht verliep zacht tot rond 2 uur, wanneer men dacht het gerucht van een vliegtuig te hooren, gevolgd van vier vuurschoten en het huilen en bassen van honden.


(1) Petrus Van Nuffel (° Aalst 10/07/1871, † Aalst 10/08/1939)
Werkte op de drukkerij van Pieter Daens en vestigde zich als zelfstandig drukker (rond 1890) en uitgever (o.a. "De Volksstem")
In 1901 werd hij politieagent en schopte het zelfs tot adjunct-commissaris.
Hij is vooral bekend om zijn meer dan honderd werkjes over Aalst en de Aalstenaars. Hierom werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van Leopold II en Ridder in de Orde van de Kroon.
In 1938 werd hij door het stadsbestuur aangesteld als archivaris-conservator.
Voor een in memoriam van hem zie http://www.kbov.be/modules/wiwimod/inde ... fel+Petrus

Afbeelding

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

1 september 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:04

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:27 am
Alostum schreef:Petrus Van Nuffel:
's Morgens, den 1 September, was het vroeg appel. Ten half 6 uur bezetten zes Duitsche wielrijders de Sinte Annabrug en onderzoeken al de voorbijgangers, zelfs de fabriekwerkers. In het Postkantoor (1) namen zij brieven en paketten in beslag, en aan de groote steenwegen werden schildwachten geplaatst. Op de Keizerlijke Plaats kwam de postbode, tusschen twee gewapende pinhelmen, de brievenbus ledigen. Aan de statie was alles gesloten; een paar wachten, de cigaret in den mond, wandelden vóór het gebouw heen en weer; boven, op de riggels, stonden er ook op post; aan het ijzeren hek, nabij de gebouwen van den goederendienst, hadden zij een zestal hunner paarden vastgebonden. Ter Groote Markt, vóór de poort van het Landhuis, hielden vier soldaten de wacht; 't waren allen kloekgebouwde venten, lomp en zwaar in hun bewegingen; ze droegen bonkige laarzen of grof-benagelde schoenen; hun tunieken waren grijs van kleuren hun groote pinhelmen overtrokken met donker-grauwe stof.
Ten 9 uur hadden de Duitschers met de stadsoverheid een onderhoud op het Landhuis; zij vroegen naar eetwaar, dewelke zou betaald worden, en naar een rijtuig om een toertje in de stad te doen en de posten te controleoren. Talrijk waren de soldaten, die in "De Volksstem" binnen kwamen, ten einde er postkaarten en landkaarten te koopen, en overal
waar zij zaklampen zagen, schaften zij zich deze aan.
Rond elf uur nam de luitenant van Bremen van de schepenen en den onderhandelaar M. Michel Gheeraerdts beleefd afscheid, en de soldaten kregen bevel de stad te verlaten. De reden kon men niet te weten komen, maar het volgende bewijst, dat de vijand hier niet meer veilig was. Nauwelijks waren de pinhelmen hoven den viaduk van den Brusselschensteenweg, of vier hunner wielrijders geraakten, tengevolge van hapering aan hun velos niet vooruit. August Van Yperzele, die daar toevallig voorbijkwam, moest hen den weg naar een werktuigkundige wijzen. Deze was niet ver te zoeken, want hij stond, aan de Zeebergbrug, tusschen het publiek, in den persoon van Philemon Tas. De Duitschers vergezelden hem tot aan zijn woning, in de Pontstraat, en daar gekomen, vroegen zij een glas bier. Tas stuurde hen, met Van Yperzele, naar de herberg van Felix De Groot, op de Houtmarkt, nr. 31. De bazin Rachel Ardevel bestelde de soldaten elk een pint bier, en allen namen plaats bij de ronde tafel. Intusschen was in de stad een Belgische patroelje toegekomen, bestaande uit 13 piotten en 7 gendarmen per rijwiel; deze, de aanwezigheid der Duitschers vernomen hebbende, snelden naar de Houtmarkt. De bewoners, dit ziende, rukten bliksemsnel de uithangborden van hunne huizen en sloten de vensterblinden. Juist op dit oogenblik trad een Duitsch in de deur der herberg; wanneer hij de Belgen gewaar werd, bereidde hij zich om te schieten, doch, zich bezinnend, keerde hij, onder een kogelregen, weer binnen.
- Oei-e-Oei, kreet de bazin, de Belgen zijn daar!
En met haren man en haar kinderen kroop zij in den kelder. De zoon Kamlel behield evenwel zijn koelbloedigheid: de Duitschers zochten eerst te vluchten, en hij poogde hen te overhalen, zich over te geven of zich in een magazijn te verduiken, - waar ze zeker gevangen waren; zij weigerden het een en het ander, en drongen in het schrijnwerkersatelier van De Groot, klommen in het gebinten lichtten de dakpannen op... Boven hun hoofden glom de schoone blauwe hemel, en het helderblakend daglicht stroomde in de zoldering.... Dan naderden de Belgen. Een der pinhelmen loste zijn vuurwapen; de achtervolgers schoten weer, en riepen dat zij zich moesten overgeven, doch de vluchtelingen gelukten er in langs achter te ontsnappen: dóór de Sint Janstraat loopende, bereikten zij op een omzien het Osbroek. Een Duitscher was in het been getroffen geweest en liet, in het drankhuis, een grooten plas bloed na; de ruiten waren stuk geschoten en de kogels hadden de boomen der Houtmarkt doorboord; een der arduinen vazen, op de pijlers der omheining van het standbeeld van den H. Joannes Nepomucenus, werd verbrijzeld; de achtergebleven rijwielen bleven ons volk ten buit. s'Avonds trokken eenige soldaten in het Osbroek op verkenning, maar vonden geen spoor meer. Het algemeen gevoelen was, dat eenen der gewonde Duitschers aldaar, tengevolge van bloedverlies, bezweek, en door zijne makkers voor eeuwig is ter rust gelegd.
Rond 10 uur s' avonds kwamen in de Vaartstraat negen Belgische soldaten, die naar den burgemeester vroegen; de korporaal, die hen geleidde, zegde dat zij uit Wetteren, door hun overste, gezonden waren om de vier Duitsche wielrijders, waarvan er eenen gekwetst was, op te zoeken. M. Gheeraerdts deed aan onze Jassen begrijpen dat er, onophoudelijk, Duitsche patroeljen in de stad en omstreken ronddwaalden, en dat deze zich alle oogenblikken bij hem konden aanbieden voor zekere opvorderingen, gelijk het reeds gebeurd was. Tezelfdertijd weerklonk de huisbel. Uit voorzichtigheid
noodigde men de soldaten uit, den poortgang te verlaten, opdat zij, voor 't geval dat het pinhelrnen waren, de woning langs den hof zouden kunnen verlaten. In plaats van dezen raad te volgen, schouderden de soldaten hun geweren, zich bereidende den vijand naar behooren te ontvangen.
- Gaat weg, Mijnheer en Madame'. Indien het Duitschers zijn, dit is onze zaak !
De poort werd geopend en een politieagent gaf voor den burgemeester een brief af....
Tableau !
De dappere Belgen mochten, voor hun toonbeeld van krijgszucht, in een hotel aan de statie een lekker souper nutten, terwijl een locomotief in gereedheid werd gebracht, om hen naar Wetteren, bij hunnen chef, te brengen.
Omstreeks 6 uur waren dien avond een twintigtal Husaren der Dood van den steenweg van Erembodegem naar Aalst gekomen.
De troepen, in Assche gekantonneerd, vertrokken voor Brussel.
In den nacht, rond 2 uur, werden wij plots gewekt door een daverend geronk in de lucht, in alle tuinen sloegen de honden aan 't blaffen. Het was een monstergroote bestuurbare Zeppelin, die in trage dreigende vaart over de stad zweefde. Wij gelukten er niet in, hem te ontwaren, maar het gerucht der talrijke motoren, die den luchtreus voortstuwden, vervulde wijd en zijd het ruim. Het waren stonden van angst voor al deze die uit hunnen slaap gewekt werden, want vóór acht dagen - Dijnsdag nacht 26 Augusti, omstreeks hetzelfde uur - was het vliegtuig ook boven Antwerpen gaan zweven en liet er negen kolossale moordbommen op de rustige stad neerploffen... Wij bleven in spanning zitten luisteren: langzaam verminderde het zwaar geronk der machienen; 't bleef nog een tijd in de verte rommelen en 't stierf dan heelemaal uit...
Oef ! ...Er viel nen steen van 't hart ! ...


(1) Postkantoor van Aalst
Afbeelding

Sneuvelde 94 jaar geleden
Emiel Jan De Cock (° Aalst 28-12-1890, † Mechelen 01-09-1914, hij is begraven op 22-06-1915 in Aalst, O.L.Vrouw-Bijstand)
zoon van Charles Guido en Elodia Maria De Smet
soldaat Karabiniers, 5e Bon, 3e Cie

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

2 september 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:05

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:28 am
Alostum schreef:Petrus Van Nuffel:
Op 2 September, ten 10 uur 's morgens, had in de Sint Martenskerk een plechtige dienst plaats voor Z. H. Pius X.
Andermaal was de vijand gezien, niet ver van den viaduk van den Brusselschensteenweg (1). Aan de kerk vroegen Belgische officieren den weg naar Assche, en vernamen aldaar de aanwezigheid der Duitsehers. Zij besloten, deze op te zoeken en vertrokken naar de Moorselschebaan, om langsdaar den steenweg van Brussel te bereiken. Hun verkenningspost bestond uit eenige soldaten, gezeten in twee autos (2), voorafgegaan door een groep wielrijders. Tusschen Hekelgem en Assche, ter wijk Assche-ter-Heyden, werden zij schielijk verrast door een van achter de boomen gelost hevig geweervuur. Twee Duitschers liepen over den steenweg. De Belgen stopten, doch op hetzelfde oogenblik sprongen talrijke pinhelmen uit de nabij staande huizen. Weldra knetterde van beide zijden een welonderhouden geschut. Talrijke Duitschers stortten, gedood of verwond, ter aarde neer. Ongelukkiglijk waren ook twee Belgen getroffen. Een onzer autos maakte rechtsomkeer naar Aalst en kwam korten tijd daarna, in vliegende vaart, ter plaats der bloedige schermutseling, met den E. H. Clemens Borreman, pastor van het Hospitaal, en M. Fritz De Wolf, kapitein der Vrije Brandweer, om de gewonden te verzorgen. De ergst gekwetste soldaat, René Grégoire, van Luik, werd in een der automobiels gelegd en naar het gasthuis gebracht, waar hij, in de armen van den E. H. Borreman, den geest gaf. De andere, Leo Brouhon, van Luik, had een geweerkogel in den schouder bekomen en moest insgelijks naar het hospitaal worden vervoerd; alhoewel zijn toestand zeer bedenkelijk was, hoopte doctor Heffinck nochtans hem te redden.


(1) Brusselsesteenweg en de "Viaduct" (brug over spoorweg), rond 1892
Afbeelding

(2) Mogelijk is dit één van die twee auto's, het is in Aalst en er ligt een gekwetste soldaat in de auto, pastoor is ook aanwezig (foto collectie K.L.M. Brussel)
Afbeelding

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13272
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

3 september 1914

Berichtdoor Alostum » 30 Mei 2014, 14:05

Geplaatst: 11 Mei 2010 08:30 am
Alostum schreef:Petrus van Nuffel:
Den 3 September kwamen de Duitsehers terug.
Het was rond 4 1/2 uur 's namiddags, wanneer een luitenant, met den revolver in de vuist en gevolgd van een twintigtal krijgers, in de Molenstraat, den burgemeester (1) kwamen vinden. Hij had voor opdracht in de stad alle verkeermiddelen te vernietigen en het elektriek-kabien van het station (2) in de lucht te doen vliegen. De heer schepen De Wolf, die juist met eenen politieagent voorbijging, bekwam twintig minuten tijd om de inwoners van de ontploffing te verwittigen; 3 à 4000 soldaten vielen in de stad. Een groot deel ging post vatten op den weg naar Dendermonde, om aldus aan de andere tijd en gelegenheid te geven, hun vernielingswerk ongestoord te verrichten. Intusschen waren een tiental bandieten naar het Postbureel-Centrum getrokken, en daar men niet vlug genoeg opende, kapten zij de deur met bijlslagen in. Terwijl deze hier hun zending vervulden, kwamen anderen - een honderdtal - stadswaarts, en begonnen zonder, wachten de vernieling van den ijzerenweg, der telegraaf-en telefoontoestellen, der wisselnaalden en ijzeren riggels. Twee à drie honderd krijgslieden hielden de wacht op den Dendermondschensteenweg, om, langs dien kant, niet verrast te worden door de Belgen, die in Dendermonde kazerneerden. Toen alles onbruikbaar gemaakt was, kwamen de uitgezette voorposten de pionniers vervoegen, en samen trokken zij van her, gelijk overwinnaars na een vinnigen strijd, naar den Brusselschensteenweg, spelend en zingend
Wohlauf! ihr muntern Rheinlands Söhne !
Dem Heldenruhm, der Waffenmacht
Sei laut, das fern es rings ertöne,
Ein Lied, ein frohes Hoch gebracht;
Am Rhein, den Preussens Adler schirmen,
Steh'n wir bereit in allen stürmen !
In den valavond wemelde het aan de statie van 't volk, en honderden menschen waren boven op het spoorwegnet de aangerichte verwoesting gaan bezichtigen. De toeloop werd tenlangelaatste zoo groot, dat de ingang moest verboden worden. De vernieling kon niet geschat. Vooral in de prachtige elektriekkabien, die dwarsover de riggels is gebouwd en honderdduizenden frank had gekost, hadden de Duitsche soldaten echt Vandalenwerk gepleegd: deze instelling, een wonder van volmaaktheid, werd door hamerslagen of zwaar vernielingstuig plat gebeukt, stuk gesmeten. De grond lag bezaaid met gebroken en gekromde draden, met stukken glas en brokken staal en koper. En te midden van de onbeschrijfelijke verwoesting en wanorde, bemerkte men, op een lessenaar, het onaangeroerd schrijfboek van eenen bediende. Aan den paal der kabien was de uurklok juist stil gevallen op het oogenblik van den inval der bestormers: de uurplaat wees 5.10. Hier dicht tegen-aan lagen de twee telegraafpalen, die tusschen de riggels stonden, omgehaald; overal liep men tegen afgerukte lantaarns. De groote lijnen waren gesprongen aan de bijzonderste verbinding ter wijk Kerrebroek: het ijzer vloog met zulkdanig geweld door de lucht, dat een stuk riggel, wegende tien kilos, tot in de Kapellestraat geslingerd was, en dat een klomp van 2 1/2 kilogram op den koer van den heer advokaat Frans Eeman, in de Kattestraat, terechtkwam. Op talrijke plaatsen, langsheen de lijnen, waren de elektrische kassen geopend, en van hunnen, inhoud bleef niets gespaard. Ook beneden, in de telegraafbureelen, werd alles verbrijzeld. De barbaren drongen tot in de goederenstatie: een bediende had gezien hoe zij uit koffers en valiezen gouden en zilveren voorwerpen haalden, die ze vervrongen of onder hun voeten stampten. Het werk, dat de soldaten van Atilla II hier verrichtten, was hunner waardig !
Tot laat in den avond defileerden Duitsehe troepen met kanonnen en veldkeukens. Hevig geschut gromde in de verte. De weiden van Hofstade waren een uitgestrekt Legerkamp.
Onderwijl spookte het geweldig in den omtrek.
De mare liep dat te Moorsel de klokken verbrijzeld en twee Onderpastors als gijzelaars meegenomen werden. Overal waar de Duitsehers doorkwamen was het luiden der bedewekkers verboden, onder voorwendsel dat hun geklep als signaal voor het Belgisch leger diende.
In den namiddag van 22 Augusti kwamen te Sint Gillis, bij Dendermonde, dertien Uhlanen, die aan de politie verklaarden dat de burgers, van in eene schuur, op hen hadden geschoten; zij duidden, met een kruisje, op eene kaart de plaats aan waar zulks voorviel. "Wij komen later terug, zegden zij, om deze rekening te vereffenen." Terwijl de ruiters aan een herberg een glas bier dronken, verschenen uit de richting van Dendermonde dertig lansiers. De Duitschers sprongen in allerijl te paard, wierpen hunne lansen weg en renden verder, onder het afvuren hunner karabijnen. Niemand werd gekwetst en de Uhlanen konden ontsnappen. Den 24 Augusti had te Lebbeke een bloedige schermutseling plaats tusschen 200 Uhlanen en een groep Belgische vrijwilligers; de botsing was verschrikkelijk: de Duitschers verloren zes dooden, hadden een groot aantal gekwetsten en lieten 70 gevangenen in de macht der Belgen; de overigen vluchtten. Een krijgsgemaakt officier weende overvloedig, denkende dat hij door den kop zou geschoten worden; wanneer men hem deed begrijpen, dat alléén de Duitschers tot zulke snoodheden bekwaam waren, verborg hij geenszins zijne dankbaarheid.
Op 2 September rukte een Duitsche voorpost de gemeente Lebbeke andermaal binnen en geraakte er in gevecht met de Belgische troepen. Schier heel de vijandelijke patroelje werd gedood. Een detachement voetvolk daalde in het dorp, vergezeld van de Uhlanen, die, den 22 Augusti, beweerd hadden dat er naar hen geschoten was, en die begonnen hun wraaklust bot te vieren. Zij staken verschillige huizen en hoeven in brand en pleegden de vreeselijkste gruwelen: aan den Molen werden zeven personen neus en ooren afgesneden en daarna levend begraven: menschen van 60jarigen ouderdom werden barrevoets, blootshoofd en in hun hemdsmouwen meegesleurd en naar de Duitsche versterkingswerken gevoerd. De aanval van den 2 September op Lebbeke werd echter door de Belgen afgeslagen en deze hielden het dorp terug bezet.(3)


(1) Michel Leo Gheeraerdts (° Aalst 10-4-1837, † Aalst 4-2-1922) advocaat en nijveraar (mouterij-olieslagerij Gheeraerdts)
foto van de mouterij in sept.1914
Afbeelding

(2) Stationsgebouw (zoals het er nu nog ongeveer staat, het onderging weinig verandering)
Afbeelding

(3) meer hierover bij Paddy's "Dendermonde 1914" http://forumeerstewereldoorlog.nl/viewtopic.php?t=15367

wordt vervolgd

mvg. Alostum :wink:
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)


Terug naar “Eerste Wereldoorlog”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast

Advertentie