Alostum schreef:Aanvulling
2917. De Bruyn Alfons, ° Aalst 10/11/1892, zoon van Joannes Baptista en Maria Sophia Justina Van Cauter, Carabinier Cyclist, stamnr. 57873.
Bron: S.A.A. François_Emiel_bruikleen_016_a
2917. De Bruyn Alfons, ° Aalst 10/11/1892, zoon van Joannes Baptista en Maria Sophia Justina Van Cauter, 3e Karabiniers, stamnr. 239.
- ARA persoonlijk dossier:
12/02/1912: ingelijfd bij het 1e Regiment Karabiniers
07/01/1913: naar het hospitaal in Brussel
22/01/1913: terug naar zijn eenheid
13/04/1913: gedetacheerd naar de Rijkswacht in Etterbeek
26/04/1913: terug naar zijn eenheid
30/11/1913: in onbepaald verlof
28/07/1914: onder de wapens in het 3e Karabiniers 2e Bat. 1e Cie.
17/09/1914: overgegaan naar de 1e Karabiniers 2e Bat. 1e Cie.
07/10/1914: gekwetst te Berlare
22/10/1914: in Oud-Stuivekenskerke door een geweerkogel gekwetst in de linkerbil
02/01/1915: overgegaan naar de 4e Cie. Mitrailleurs
04/10/1915: in Diksmuide gekwetst door schrapnel aan de rechterbil en geëvacueerd naar het hospitaal ‘Océan’ in Vinkem
09/11/1915: terug naar de 1e Karabiniers
27/12/1916: terug naar de 3e Karabiniers 12e Cie.
28/09/1918: in Langemarck gekwetst en geëvacueerd naar het hospitaal ‘Océan’ in Vinkem
28/10/1918: overgeplaatst naar het hospitaal in De Panne
24/12/1918: vermelding op het O.J.A. –
Excellent soldat, audacieux et d’une courage à toute épreuve, au front depuis le début de la campagne; a toujours fait preuve d’un ardent patriotisme et de belles qualités militaires. Au cours de la bataille des Flandres se distingua par son allant et sa bravoure. Le 28 septembre 1918 est trés grièvement blessé en faissant l’assaut de la crête de Westrozebeke (3e blessure). Est porteur de la croix de guerre.
14/02/1919: in herstelverlof
17/04/1919: overgegaan naar het Depot C.T.A.M. in Leisele
23/09/1919: gedemobiliseerd
Schreef op 04/03/1921 aan zijn oud-kolonel:
Mijn Colonel,
Ik ondergeteekende, De Bruyn Alphonse, oud soldaat van het 3e Regiment Carabiniers, 12e Comp. Neem de eerbiedige U te vragen of U de goedheid zoudt willen hebben, mij eene inlichting te geven of ik wel recht zou hebben aan mijne achtste frontstreep, Milicien zijnde van de klas van 1912, heb ik altijd aan het front geweest, alhoewel, ik eene eerste maal gewond geweest ben te Oud Stuivekenskerke den 22 October 1914, eene tweede maal in Dixmuide den 4 October 1915, waarmede ik 45 dagen in de Infermerie van Alveringhem verbleven heb. Nu naar het sluiten van den oorlog ben ik eene derde maal gewond geweest, den 28 September te Langenmarck en waardoor ik invalied geworden ben, alsook mijne 8ste frontstreep verloren heb.
Dus mijn Colonel, betrouw ik mij op Uwe geode om mij daarover een klein antwoordje te laten geworden.
Hartelijken dank op voorhand, uwer nederigen dienaar,
Alphonse De Bruyn
Melkerijstraat 27
Anderlecht
Schreef op 16/10/1931 een verzoekschrift aan … (?):
Mijnheer,
Ik ondergeteekende De Bruyn Alphonse, milicien van 1912, bij het eerste Carabiniers 2B. 1C. M. 57873 maar in 1914 bij het begin van den oorlog 3 Carabiniers 2B 1 Comp. en in 1915, 2 januarie 12 Comp. Mittrailleuse met de Commandant Blangarein en na de slag van de drie grachten met de Commandant Thryfai, waarmede ik lang geweest ben en in welke comp. Ik den M 239 gekregen heb.
Neem de eerbiedige vrijheid u deze eenige regels te schrijven volgens ik hier kom te lezen in onze journal ‘De Karabiniers’ van september-oktober bl. 178 zijn er versschillige kameraden die in de plaats van de militaire medaille van 2e klas, welke ik ook bezit, een Orde van “Leopold” bekomen hebben, naar verschillende gevallen, welke mij veel plezier doet. Maar toch Mijnheer wendt ik mij tot U om eens te vragen of ik daar ook somstijds geen recht zou aan hebben.
Inlichtingen moogt U vragen aan al mijne cheffen waarmede ik gediend heb ik heb nooit geen enkele dag straf gekregen op mijn 7 jaren welke ik in het regiment van de Carabiniers heb doorgebracht.
Ook ben ik drager van 8 Frontstrepen en van 3 strepen als ik gekwetst geweest ben, de 1e maal ben ik gewond den 22 October 1914 te Tervaete in de Comp. Van Commandant Hubrecht, welke daar gedood is, de 2e Maal den 5 October 1915 in de eerste linie van Dixmuide door eene bom welke op den abri van onze mittrailleuse gevallen was en de 3e maal den 28 September 1918.
Ook Mijnheer stuur ik U een bewijs van goed gedrag welke U de volle overtuiging zal geven en welke ik natuurlijk gaarne zou terug hebben als het U niet meer noodig hebt.
In afwachting op een goed antwoord Mijnheer bied ik U mijne broederlijke groeten,
Alphonse De Bruyn
Edmond Rostrandstraat 42
Anderlecht
- Onderscheidingen:
Oorlogsinvalide (10%)
8 frontstrepen
3 kwetsuurstrepen
Oorlogskruis (16/08/1918)
Vuurkaart (O.J. 21/11/1919)
Vuurkruis (15/11/1935)
Ridder in de Leopold II met zwaarden (21/07/1939)
Ridder inde Kroonorde (21/07/1949)
Ridder in de Leopoldsorde (20/07/1959)
Albert I medaille (augustus 1962)
- Lid van de
Fraternelle