
Maria Clementina De Smedt achter hun toog in café "Bij August"
’t Moleken van Tsaaie
-1-
Een knaapje stond bedrukt te zien
Naar ’t moleken van Tsaaie
Ach, had het maar een enkle cent
Om ook eens mee te draaien
Het had zijn Moeder zo gesmeekt
Zijn schooltaak was geschreven
Begrijpt gij wel de smart der vrouw
Zij kon haar kind niets geven
-2-
Bedroefd was ’t knaapje heengegaan
Na vruchteloos bedel
De Moeder had geen geld voor brood
Haar man was overleden
Een enkle cent bezat zij niet
Om ’t arme kind te paaien
En instinctmatig slentert het
Naar ’t moleken van Tsaaie
-3-
De kleine zag zijn makkers al
Aan ’t draaispel zwierend hangen
Terwijl de tranen gemelijk
Hem rolden van de wangen
Een werkman stond daar ook omtrent
Hij had het kind in ‘d ogen
Hij las de smart in ’t knaapjes hert
En diep was hij bewogen
-4-
De vent ging in de kleine hand
Drie centen nederleggen
En ’t knaapje riep “O goede man”
Dat zal ‘k moeder zeggen
Dit hoefdet gij maar niet te doen
Was vader nog in leven
Maar als mijn moeder centen heeft
Zal zij ’t U wedergeven
Bron: foto en liedjes - eigen collectie
wordt vervolgd