Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Moderators: Alostum, david, janlouies

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 27 Jan 2023, 18:14

Op p. 192, nog steeds in de kazerne Freimann in München;

“Toen kwam de dag dat voor mij heel wat ging veranderen. Ik werd bij de chef geroepen. Voor ons allemaal was Otto werkelijk een fijne overste, we droegen hem op de handen. Nooit heeft hij ginder zijn Vlaamse inborst verloochend. Steeds was hij bezorgd om zijn pupillen, tikte op onze vingers als het nodig bleek en zijn vaderlijk gezag hield ons bijeen als een groep hechte kameraden. Vanaf mijn vaders dood voelde ik de hand van onze baas boven mijn hoofd. Hij meende het goed, ook nu weer. Ik stond dus bij hem in zijn kamer. We waren onder ons beiden, het ging niemand anders aan. In die dagen was het met mij droevig gesteld. En dat wist Otto. Ik dacht alleen nog aan mijn thuis, aan moeder en de anderen, aan mijn goeie vader. Van vroeg tot laat, tijdens de dienst of in elk vrij ogenblik, zat ik te piekeren. Het wou niet beteren. Mijn maten deden hun best om me er terug boven op te helpen. Maar ik wou alleen zijn met mijn miserie. Ik was plots veel ouder geworden. Mijn blije levensvreugde was ik kwijt. Daar zaten we dus onder ons tweeën, heel gemoedelijk bij mekaar. Mijn chef babbelede met me alsof hij een oudere vriend was, over thuis sprak hij en vooral over moeder. Al gauw voelde ik dat hij me iets belangrijks ging vertellen, wou me blijkbaar eerst wat voorbereiden. Dan kwam het eruit: “Ik wil dat je gezond uit de oorlog komt, je moeder heeft je hard nodig, ze rekent op je, Teng”. Mijn naam Teng kreeg ik trouwens van onze chef, het is de Aalsterse afkorting voor Martin en ook wel plaatselijk gebruikelijk in Limburg. “Jij wordt vanaf nu mijn ordonnans” en gauw voegde hij erbij “en natuurlijk kompagniemelder!” Ik sprong recht van mijn stoel en weigerde kategoriek. Maar dan werd zijn stem dringerder, zijn woorden werden harder en omdat ik bleef tegenpruttelen zei hij kortweg: “Het is een bevel, en daarbij blijft het!” Mijn chef deed de deur voor me open en ik kon gaan. Het spookte door mij n hoofd: bevel is bevel! Wat kon ik eraan veranderen? Ik moest luisteren, een vrijwillige soldaat doet alles wat hem bevolen wordt. Zo werdt ik de “Putzer” van de chef. Als de kompagnie in het veld trok, mocht ik binnen blijven; alleen de gewone driloefeningen deed ik mee. Voor de rest van de dag hield ik me bezig met mijn nieuwe taak: de laarzen poetsen van mijn chef, zijn uniform in orde houden, zien dat hij op tijd en stond wat te drinken kreeg, want een droge lever is taboe voor een officier, kleine boodschappen doen, ’s morgens gaf ik hem nogal gemakkelijk platte kaas met ajuinpijpjes omdat ik wist dat de nieuwe dag dan goed voor hem begon. Ajuin en Aalst, deze twee zijn namelijk één begrip!


wordt vervolgd
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 28 Jan 2023, 21:31

Op p. 194, half augustus 1944 verbleef de compagnie Knowitz bij Seltschan;

“Het was in die dagen dat onze chef zijn mannen uitzocht voor een onderofficiersleergang. Hij wou er mij ook bij hebben. Maar het interesseerde me helemaal niet. Mijn rust wou ik en alleen zijn met mijn gedachten aan thuis. En Otto drong niet aan. “Dan maak ik je sowiezo de jongste onderofficier van de kompagnie!” Zo sprak de chef, maar zover zou het niet komen.”


wordt vervolgd
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 31 Jan 2023, 18:03

Op p. 195, in België begon de bevrijding, enkele verlofgangers waren met de laatste trein kunnen terugkeren;

“Het werd nu een zenuwslopend wachten op een telegram uit Wiesbaden. De echtgenote van onze chef was vanuit Vlaanderen op weg naar deze stad waar haar familie woonde. Bij haar aankomst ginder zou ze dadelijk een spoedbericht sturen. De twee koffers waren gepakt en ik zat urenlang met mijn duimen te draaien, want ik mocht mee. Pietje Hooghe, onze chauffeur, had wel twintigmaal de auto nagekeken en de chef ijsbeerde door de kamer, hij ging voor de zoveelste keer eens horen of er nog niets was en vloekte als een Aalstenaar om zijn zenuwen af te werken. De spanning steeg met de minuut, de tijd drong, de wagen moest ons naar Beneschau brengen waar de laatste trein voor Praag ging vertrekken. Eindelijk, tegen acht uur ’s avonds viel het telegram binnen als een late duif! De twee valiezen op de achterste bank van onze open wagen en ik er tussenin. De chef vooraan naast Pietje en weg waren we! Er hing een dikke mist over het Tsjechische land, erg gevaarlijk om te rijden, te meer omdat nergens een straatlicht brandde en ook de autolampen niet. Want het was oorlog! Voorzichtig zocht onze chauffeur zijn weg naar Seltschan, veel te traag voor onze baas want die laatste avondtrein zou niet wachten. “Stop” riep de chef “ik rij zelf!” Ze verwisselden van plaats en met een ruk ging het verder. Het tempo werd nu opgedreven. De wagen boorde zich door de nevel, geen tien meter ver kon ik zien en onze chef gaf gas alsof we op een renbaan zaten. Dat was geen rijden meer, maar een vliegen tegen het uurwerk! Rakelings schuurden we langs de bomen die als vluchtige spoken achterbleven op de smalle wegen. Links en rechts hield ik me vast aan het handvat van een koffer, alsof dat kon helpen. En vooruit ging het, zonder één ogenblik te vertragen. Ginder lag Olbramowitz. En daar gebeurde het! En het was al voorbij vooraleer we het goed beseften. Even zag ik in een flits een log gevaarte vòòr ons op de weg staan, ik hoorde roepen, iemand sprong opzij, onze chef stond recht achter het stuur en remde wat hij kon, dan een harde klap, ik voelde me door de lucht zweven en dan niets meer. In het weiland bezijden de straat kwam ik tot mijn positieven. “Teng, Teng!” dat was de stem van mijn chef. Nog steeds klemde ik me vast aan de twee koffers. Mijn kop deed pijn. Ik deed mijn mond open en ik riep. Wankelend en draaiend als een tol stapte ik op de weg. En nooit zag ik nog een mens zo gelukkig als mijn chef toen hij me daar levend voor zich zag! Reeds kwamen ze met een draagbaar afgelopen voor Pietje Hooghe die nog bewusteloos in het autowrak zat. Maar niet Pietje kwam op die berrie, wèl onze chef. Hij kreeg plots hevige pijn in een been en kon niet meer blijven staan. Achteraf bleek zijn knie zwaar gekwetst. Gelukkig lag het ziekenhuis van Olbramowitz vlakbij. En een tweede brancard werd er bijgesleurd. Zo stapte het onverwachte stoetje naar ons nachtkwartier in dit hospitaal: de baas en Hooghe werden gedragen en ik bengelde achteraan. Ik had te doen met mijn twee valiezen, een links en de andere rechts en beide wat verfomfaaid na de harde salto, een dikke buil op mijn voorhoofd en wat lichte schrammen en dat was alles. Dag, Wiesbaden…”


Ze waren tegen een stormkanon dat in panne stond gereden.

“… Met onze chef was het erger gesteld. Kort daarop werd hij naar het ziekenhuis van Beneschau verplaatst. Daar kreeg hij veel bezoek van zijn mannen, alleman hield van zijn chef, maar die knie wou niet genezen en Otto bleef weg.”


wordt vervolgd
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 06 Feb 2023, 21:04

Op p. 198, half oktober 1944;

“Het ging tegen half oktober toen ik fijn opgeborsteld het ziekenhuis van Beneschau binnen stapte. Onze chef verhuisde naar het Heimatlazaret van Wiesbaden en ik mocht mee om zijn koffers te dragen natuurlijk. Ja, en dat roerend afscheid in die lange gang in Beneschau staat me nog klaar voor de ogen: mijn baas op twee krukken huppelend, ik goed in evenwicht door mijn valiezen en dan die lieve verpleegsters met dikke tranen in hun kijkers en wuivend “auf nimmer wiedersehen”, want ook hier brak de oorlog bruusk alle korte en toevallige romances. Onze chef was overal gère gezien, zelfs door deze wonderlijk meisjes in witte short.
Het was al avond als de trein ons in Wiesbaden bracht. Ook ik werd hartelijk ontvangen door de familie van mijn baas, alhoewel ik er mijn draai niet vond. Gelukkiglijk was Günther, de broer van Otto’s vrouw juist in verlof en met hem kon ik goed over de baan. Günther diende bij de H.J. divisie, enkele maanden nadien viel hij aan het westfront.
En de volgende namiddag stoomde mijn trein alweer richting Neurenberg. De twee krukken van mijn chef moest ik in Beneshau afleveren, een opdracht die me al dadelijk de keel uithing. …
… Onze kompagniechef zouden we niet meer weerzien tijdens de rest van de oorlog. En dat was voor de Fla een erg zwaar verlies, en ik was mijn vaderlijke beschermer kwijt.”


wordt vervolgd
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 21 Feb 2023, 19:45

Op p. 199, Martin had zich ontdaan van de krukken;
“Maar in Beneschau had ik nog een zware opdracht te vervullen. In het ziekenhuis ging ik recht naar de hoofddokter. Zonder krukken deed ik hem mijn uitleg en die vent schoot in een franse koleire. Hij dreigde met dit en met dat. Toch geraakte ik zonder kleerscheuren buiten. Terug in Knowitz schreef ik dan maar dadelijk een brief naar Wiesbaden en mijn chef heeft toen zeker het nodige gedaan om me uit de knel te halen, want van die krukkenaffaire hoorde ik achteraf niets meer.”


wordt vervolgd
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 15 Mar 2023, 21:06

Op p. 201, kregen ze een nieuwe compagniechef, de Duitse Obersturmführer Dillinger uit München;

"Ik heb Dillinger leren waarderen. In een hecht Vlaams huishouden iemand moeten vervangen als onze Ortair was beslist de ondankbaarste taak voor een Duitse officier."


Op p. 301, maart 1945;

"Het was in München Freimann, na de moord op mijn vader, dat ik erg tegen mijn wil melder-ordonnans moest worden van onze kompagniechef Ortair Uyttersprot. En achteraf nam Dillinger me onder zijn vleugels, en dat was dan op de Lüneburgerheide en wel op schriftelijk aanraden van Ortair, die gekwetst in het ziekenhuis lag."


EINDE
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)

Gebruikersavatar
Alostum
Site Admin
Berichten: 13127
Lid geworden op: 14 Mei 2014, 15:27
Locatie: Aalst

Re: Ortaire Uyttersprot aan het Oostfront

Berichtdoor Alostum » 17 Aug 2023, 19:41

Raf Van Hulse, kriegsberichter aan het Oostfront, schreef 25 januari 1944 in een brief aan zijn vrouw:
"... Ustuf. Uyttersprot, je weet wel die zwarte Aalstenaar die zoo lang op 't Ersatzkommando zat in Antwerpen, is een dappere kerel. Die heeft al een ander meegemaakt en schitterende resultaten gehad."

Bron: VERSTRAETE, PIETER JAN, Raf Van Hulse, Kortrijk 2011
Wie het verleden vergeet, herhaalt er de vergissingen van. (Bertold Brecht, 1898-1956)


Terug naar “Collaboratie, repressie en verzet”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast

Advertentie