Zusters van de H. Vincentius a Paulo, Zusters van Liefde, Dienstmaagden der Armen, Dochters van Liefde van de H. Vincentius a Paulo.
De H. Vincentius a Paulo stichtte in 1617 een vrouwenvereniging die zich wijdde aan de zorg voor armen en zieken.
In 1625 stichtte hij de Congregatie der Missie, Lazaristen genoemd vanwege de naam van hun eerste klooster, het voormalige melaatsenhuis St. Lazare.
In 1633 stichtte hij samen met de H. Louise Legras de Marillac een zustercongregatie, de Dochters van Liefde van de H. Vincentius a Paulo.
In 1818 stichtte de diepgelovige en sociaal voelende gravin Elisabeth Maria Eugenia de Robiano, echtgenote van baron Charles Pierre Joseph le Candèle de Ghijseghem, in Gijzegem een gratis spinschool "Het Spinhuis" voor de arme kinderen uit de buurt.
De gravin stichtte dit bescheiden schooltje met de hulp van zuster Barbara uit de armenschool van O.L.V. ten Bunderen van Moorslede samen met nog twee jonge meisjes.
De school die gevestigd was in een huis van de familie le Candèle in de Dorpsstraat kende dadelijk een enorm succes.
De leerstof bestond voornamelijk uit spinnen, naaien en breien, later uitgebreid met godsdienst, lezen, schrijven en rekenen.
Niet alleen arme kinderen, maar ook meisjes en jongens uit de burgerij kwamen er de lessen volgen.
Deze kinderen waren echter betalende leerlingen, om de kosten van het gratis armenonderwijs te lenigen.
De leefwijze van zuster Barbara werkte aanstekelijk op de andere meisjes zodat zich vrij snel rond deze zuster en haar helpsters een religieuze gemeenschap begon te vormen die zich de Zusters van St. Vincentius a Paulo ging noemen.
Op 14 december 1819 legden de eerste drie zusters in de kapel van het kasteel van Gijzegem hun geloften af in de nieuwe congregatie.
De congregatie kreeg een eigen leefregel, opgesteld door de Jezuïet Vincent Le Maître en die gebaseerd was op de leer van St. Vincentius a Paulo.
De congregatie kende een enorme uitbreiding na 1830 toen er verschillende bijhuizen werden opgericht.
Veel van deze bijhuizen werden opgericht door familieleden van de families de Robiano en le Candèle.
De Zusters in Gijzegem waren vooral actief op het vlak van kleuter-, lager- en secundair onderwijs en zelfs een normaalschool.
Later werd de congregatie ook actief in het buitenland, Brazilië, Congo, Kameroen, Zuid-Afrika, Paraguay, Uruguay en Argentinië.
Rond 1875 telde de gemeenschap al een 50 tal instellingen zodat werd beslist een eigen normaalschool op te richten om zelf voor de opleiding van hun leraressen te zorgen.
Het aantal Belgische zusters kende in 1940 haar hoogtepunt met meer dan 700. Sindsdien daalde het aantal constant en steeg de leeftijd van de zusters sterk.
Ten gevolge hiervan werden vele kloosters gesloten en de resterende zusters kwamen terug naar het moederhuis in Gijzegem om daar hun oude dag te slijten.
Om deze bejaarde zusters op te vangen werd op de kloosterterreinen het Woon- en Zorgcentrum Aqua Vitae opgericht
De school in Gijzegem bestaat nu nog onder de naam Instituut Sint-Vincentius a Paulo of afgekort isvap.
De zusters zouden niet alleen in Gijzegem bekend worden maar ook in Aalst waar ze meerdere scholen openden.
Het Spinhuis in de Dorpstraat te Gijzegem.
Scholen in Aalst.St. Aloysiusparochieschool, Moorselbaan nr. 126-128.Gesticht door toedoen van pastoor C. De Blieck op een stuk grond geschonken door de familie Van Der Meersch.
De bewaarschool werd op 23 oktober 1877 feestelijk geopend.
Als lessenaars gebruikten de kinderen banken van de Aalsterse markt, de banken werden op vrijdag opgehaald en op maandag terug gebracht.
Kort na de opening waren er al 150 leerlingen zodat men genoodzaakt was een tweede klas te openen.
Eind 1880 verdwenen door het vertrek van zuster Judith deze twee bewaarklassen en de school werd veranderd in een lagere school waar voortaan onderwijzeressen zouden lesgeven.
De gebouwen werden later nog uitgebreid o.a. door pastoor Stanislas Lauwereys die in 1908 zeven huisjes aankocht die aanstonds tot klaslokalen werden verbouwd.
De school kon zich echter moeilijk aanpassen aan de eisen van het moderner lager onderwijs en zag het aantal leerlingen afnemen.
De gebouwen die door de inspectie werden afgekeurd waren dringend aan herstellingen toe.
De parochie kon de herstellingen niet bekostigen en in 1963 werd de school overgedragen aan het St. Maarteninstituut met de overeenkomst om zo snel mogelijk een nieuwe school te bouwen.
Eind 1966 werden de nieuwe klaslokalen, de bureaus en de turnzaal door Mgr. Schelfhout ingezegend.
Vrije Meisjesschool, Moorselbaan nr. 135-137.Gebouwd rond 1878 op eigendom van Judocus De Cock.
Deze school werd in 1884 door de stad overgenomen en in 1897 werd er een huishoudschool opgericht.
Door toedoen van pastoor S. Lauwereys werden er in 1908 vijf lagere klassen bijgebouwd, de speelplaats vergroot en voorzien van een muur.
Gedurende WO I werd het meisjespatronaat veranderd in een woning voor de zusters, de speelplaats werd nogmaals vergroot en zeven nieuwe klaslokalen bijgebouwd.
Het klooster en sommige klaslokalen waren ondertussen bouwvallig geworden en de zusters gaven de toelating om ze af te breken en er nieuwe op te zetten.
In afwachting werden verschillende klassen ondergebracht in de daartegenover gelegen St. Aloysius school.
Het gebrek aan voldoende zusters om de school te blijven beheren noopte tot overneming door het St. Maartensinstituut.
De leerlingen gingen naar de jongensschool waardoor een gemengd onderwijs tot stand kwam.
De school werd stilaan bouwvallig en in 1980 werden de gebouwen afgebroken.
Lagere Meisjes- en Kleuterschool van het H. Hart, Geraardsbergsestraat, nr. 90 Op 19 december 1875 kocht pastoor-deken C. De Blieck van L. Vaerman op deze plaats een lusthof en twee aanpalende woningen met de bedoeling er een bewaarschool op te richten.
Deze school werd op 30 september 1879 gesticht door drie zusters van St. Vincentius a Paulo die er het klooster van het H. Hart openden.
Hun eerste woning was zeer armtierig ingericht, door tussenkomst van deken De Blieck konden de zusters gaan slapen bij de Zwarte Zusters.
Om te beletten dat de kinderen naar een gemeenteschool zouden gaan werden alle kinderen tot deze school toegelaten.
Na het overlijden van deken De Blieck werd het klooster als een deel van de erfenis door de erfgenamen verkocht.
Mevrouw Isabella Liénart - Van Den Brouck kocht de gebouwen en stelde ze terug ter beschikking van de zusters.
Met haar steun kwamen er in 1896, 1898 en 1904 nieuwe lagere klasjes tot stand.
In 1893 werd een huishoudschool opgericht die zou blijven bestaan tot rond 1903.
In 1903 werd op aanvraag van deken Van Doren een zondagsschool voor volwassenen ingericht, deze school verloor na 1914 haar bestaansrecht door de invoering van het verplicht lager onderwijs tot 14 jaar.
In 1960 richtten de zusters er een beroepsschool voor meisjes op onder de naam St. Lutgardis.
Gemengde School Popperodedries, Oude Dendermondse Steenweg nr. 156-160.Pastoor-deken De Blieck diende in 1879 een bouwaanvraag in om een school te mogen bouwen op grond van Judocus De Cock.
De school die aanvankelijk werd bestuurd door enkele leraressen werd in 1881 overgenomen door de zusters van St. Vincentius a Paulo.
De school bestond slechts een twaalftal jaren.
In 1895 vroeg Charles De Vis, schoonzoon van Judocus De Cock, toelating tot het verbouwen van de gewezen school tot drie woonhuizen.
Deze woonhuizen werden in 1981 afgebroken tot verbreding van de straat.
Stedelijke gemengde bewaar- en lagere school, Langestraat nr. 183.Verplicht opgericht in 1883 door de stad Aalst onder dwang van de Liberale Overheid.
Slechts één jaar later, als gevolg van de wet van 20 september 1884, werd de school al gesloten en de klaslokalen verhuurd.
In 1897 werden de lokalen in gebruik genomen door de zusters van de H. Vincentius a Paulo die de school tot een klooster verbouwden en er een lagere meisjesschool openden.
In 1901 namen de zusters hun nieuwe woning in gebruik en stelden ze onder de bescherming van O.L.V van Goede Raad.
In 1970 werd de school overgenomen door het St. Maarteninstituut
Stadsjongensschool Arend later Rijksbasisschool Arend, Binnenstraat nr. 308.Opgericht en geopend in 1878 door Jan Herremans voor leerlingen van de wijk Mijlbeek.
De school werd op 24 januari 1972 verkocht aan het Rijk.
Vrije Lagere meisjes- en kleuterschool, Immerzeeldreef nr. 112.Opgericht in 1935 op een eigendom geschonken door Louis Van Branteghem door de zusters van de H. Vincentius a Paulo.
De school werd in 1956 en 1958 vergroot door het bijbouwen van een aantal klaslokalen op eigendom aangekocht van Joanna Van Branteghem.
Om financiële redenen werd in 1972 in overleg met hun Provinciale Overste en de schoolinspectie besloten om de school ter beschikking te stellen van het St. Maarteninstituut.
Zie ook volgende onderwerpen:
http://forum.aalsthistoriek.be/viewtopi ... ius#p18405http://forum.aalsthistoriek.be/viewtopi ... tjes#p5461